woensdag 24 maart 2010

Open brief NCRV 2

Als iemand me per ongeluk tegen de schenen schopt, neem ik genoegen met een eenvoudig ‘sorry’. Als iemand me met voorbedachte rade tegen de schenen schopt, dan is datzelfde ‘sorry’ niet voldoende. Daarom ben ik blij dat de NCRV nu eindelijk een reactie heeft gegeven waarin verantwoording wordt afgelegd en excuses worden aangeboden.

In het kader van het protest tegen het gewraakte NCRV-programma is ook de kwestie aan de orde gekomen van de onverschilligheid waarmee mensen soms te communie gaan. Als reactie hierop wordt gepleit voor de tongcommunie.

Tijdens de discussies van de afgelopen weken is duidelijk gebleken dat niet iedereen snapt waar het precies om gaat. Er was voortdurend sprake van ‘het halen van een hostie’, alsof iedereen het recht heeft om een kerk binnen te lopen en stukje brood te eisen.

Zelf heb ik nooit gemerkt dat de handcommunie leidt tot minder eerbied, maar ik wil best aannemen dat dit op andere plaatsen wel het geval is. Pogingen om de liturgie zo toegankelijk en laagdrempelig mogelijk te maken willen er nog wel eens toe leiden dat een eucharistieviering een bijeenkomst met een verhaaltje en een liedje wordt. Als een kerk zomaar een dak boven wat hoofden is, bestaat het gevaar dat de eigenaren van die hoofden zich niet meer realiseren dat daar zijn om recht voor God te staan.