zaterdag 7 maart 2009

Adrianus was niet sneu

Ook pausen worden verkeerd begrepen. Kijk maar naar de recente gebeurtenissen rond Benedictus XVI en ook zijn voorganger Adrianus VI kon ervan meepraten.

Hij erkende dat de fouten die aan de top van de rooms-katholieke kerk waren gemaakt, hadden geleid tot het protest van Luther. Deze schuldbekentenis die werd voorgelezen aan de Duitse vorsten had evenwel een averechts effect: de positie van Luther werd erdoor versterkt. ‘Zie je wel dat de roomse kerk niet deugt. De paus zegt het zelf!’

Later kreeg hij wel gelijk: na het concilie van Trente werd de rooms-katholieke kerk grondig hervormd. Maar dat was tientallen jaren na de dood van Adrianus. Hij lijkt een wat sneue figuur: zijn pausschap en misschien ook wel zijn leven waren mislukt.

Zo erg was het gelukkig niet. Dat bleek onder meer uit de lezing die Marcel Gielis, medewerker van de Faculteit Katholieke Theologie van de Universiteit van Tilburg, hield tijdens de herdenking van Adrianus VI op zaterdag 7 maart in Utrecht.

Als deken van Leuven had Adrianus er al op aangedrongen dat de kanunniken zich aan het celibaat zouden houden. Daarop probeerde de maƮtresse van een van de kanunniken hem te vergiftigen en alleen omdat er toevallig een arts in de buurt was, bleef hij in leven.

Daardoor kreeg hij de gelegenheid om de theologie in Leuven op een hoger peil te brengen. Theologen moesten actuele kwesties bekijken in het licht van de schrift en zich niet verliezen in academische kwesties. Onder zijn studenten bevonden er zich die later vooraanstaande theologen werden.

Hij reorganiseerde de opleiding zodat we kunnen spreken van seminaries-avant-la-lettre. Zelf kocht hij een huis in Leuven waarin zo’n priesteropleiding werd ondergebracht. “Adriaan was al bezig met de hervorming van de kerk voordat er sprake was van de reformatie”, concludeerde Gielis.

Voordat hij paus werd had hij dus al een naam opgebouwd als theoloog. Dat is een aspect van zijn leven dat pas nu wordt herontdekt.

Maar ook zijn korte periode als paus was een mijlpaal in de geschiedenis. Het ‘mea culpa’ dat hij namens de leiding van de Kerk uitsprak, was een ongekend feit. Paus Johannes Paulus II verwees ernaar toen hij in 1985 Utrecht bezocht. In die tijd werd dat niet opgemerkt want in die tijd luisterde men hier niet naar de paus, maar sprak hem bestraffend toe.

We hoeven Adrianus VI nu niet meteen op te hemelen: hij stelde ook de inquisiteur aan die de eerste ‘ketters’ in de Nederlanden naar de brandstapel verwees. Maar hij was ook niet de beklagenswaardige figuur die in Rome eenzaam op een dieet van kabeljauw en bier aan zijn einde kwam. Lees ook het artikel van Antoine Bodar in Trouw.